Spring naar het artikel

Papegaaienziekte

Vertalen

Gebruik Google om deze website te vertalen. Wij nemen geen verantwoordelijkheid voor de kwaliteit van de vertaling.

De bacterie die papegaaienziekte veroorzaakt, een infectieziekte, komt voor bij alle vogels. Dus niet alleen bij papegaaien. Het regelmatig schoonmaken van hokken en kooien voorkomt ziek worden.

Wat is het?

Papegaaienziekte is een infectieziekte veroorzaakt door een bacterie die voorkomt bij vogels. Andere namen voor papegaaienziekte zijn Psittacose en Ornithose. Vooral mensen die met vogels werken krijgen het (vogelhandelaren, medewerkers in de pluimvee-industrie). Ook bij mensen die vogels als huisdier houden kan papegaaienziekte voorkomen. Mensen die een markt of een vogeltentoonstelling bezoeken, kunnen daar in contact komen met besmette vogels.

Hoe kun je het krijgen?

De bacterie komt voor in vogelpoep, snot en oogvocht van besmette vogels. De bacterie kan in de lucht terechtkomen bij het schoonmaken van hokken en kooien van besmette vogels. Die lucht adem je in en zo vindt besmetting plaats. Papegaaienziekte is niet van mens op mens over te dragen.

Wat merk je ervan?

Na besmetting duurt het 10 dagen tot 2 weken voordat ziekteverschijnselen optreden. De ziekte kan verschillende klachten veroorzaken. Zoals longontsteking, koorts en koude rillingen. Maar ook hevige hoofd- en spierpijnen (vooral rug en nek). En (soms) droge hoest. Sommige patiënten hebben bijna geen klachten. Een klein aantal patiënten heeft last van buikpijn, overgeven en/of diarree. Soms ontstaat er huiduitslag. De ziekte kan bij ouderen die niet worden behandeld ernstiger verlopen. In extreme gevallen kan een patiënt overlijden aan de ziekte.

Hoe kun je het voorkomen?

De bacterie komt voor in stof en ingedroogde poepdeeltjes. Maak kooien en hokken daarom regelmatig schoon, en stof- en poepvrij. Draag hierbij een mondmasker. Ook adviseren we om de kooien en hokken regelmatig met een desinfectiemiddel schoon te maken.

Meer informatie?

Kijk voor meer informatie op de website van het RIVM.