Voedselinfecties

Wat is het?

Een voedselinfectie is een ontsteking van de maag en darmen. De infectie kan ontstaan als u iets eet of drinkt dat besmet is met een bacterie, virus of parasiet.

Wat merkt u ervan?

Vaak leidt de ontsteking tot diarree, misselijkheid, braken, buikpijn, buikkramp en soms koorts. Voedselinfecties kunnen ook ongemerkt voorbij gaan.

Hoe kunt u het oplopen?

Veel voedselinfecties ontstaan bij mensen thuis door onvoldoende hygiëne. Iemand heeft zijn handen niet (goed) gewassen nadat hij naar het toilet is geweest of een luier heeft verschoond en bereidt vervolgens een maaltijd. Voedselinfecties kunnen ook ontstaan door op één snijplank zowel rauw vlees als groenten te snijden. U kunt een voedselinfectie ook krijgen als voedsel te lang in de warmte heeft gelegen, zoals tijdens een barbecue of picknick. Ziekteverwekkers groeien dan sneller. Het eten van vlees dat aan de binnenkant niet gaar is vergroot het risico op een voedselinfectie; hetzelfde geldt voor onvoldoende gegaarde vis of rauwe schelpdieren.

Hoe kunt u het voorkomen?

• Was uw handen regelmatig met zeep, zeker voordat u eten bereidt, na het aanraken van rauw vlees en voordat u aan tafel gaat. Was bovendien altijd uw handen na toiletbezoek, na het verschonen van luiers en na het aanraken van (huis)dieren.
• Voorkom dat bereide en schone voedselproducten besmet raken. Gebruik verschillende snijplanken voor rauw vlees en rauwe groente. Was messen tussendoor af of gebruik verschillende messen.
• Volg de bewaaradviezen op de verpakking van een product op en gebruik producten voor het verstrijken van de uiterste gebruiks- of houdbaarheidsdatum. Zet producten die gekoeld moeten blijven na aankoop zo snel mogelijk in de koelkast (tussen 4 °C en 7 °C), tot vlak voor gebruik.
• Gaar vlees, vis en schelpdieren door verhitting.
• Drink geen rauwe melk en kook kraanwater of drink mineraalwater uit verzegelde flessen als u twijfelt aan de kwaliteit, bijvoorbeeld in het buitenland.