Spring naar het artikel

Toezicht Wmo

Vertalen

Gebruik Google om deze website te vertalen. Wij nemen geen verantwoordelijkheid voor de kwaliteit van de vertaling.

De toezichthouders van het Toezicht Wmo van de GGD Rotterdam-Rijnmond houden toezicht op de kwaliteit van voorzieningen en ondersteuning in het kader van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo). De toezichthouders voeren het toezicht uit bij zorgenaanbieders waarmee de gemeenten een contract hebben, bij aanbieders die cliënten zelf contracteren via een persoonsgebonden budget (pgb) en bij de gemeenten zelf.

Ben je een zorgaanbieder en wil je een calamiteit, geweldsincident of (poging tot) suïcide melden? Vul dan het onderstaande meldingsformulier in en verstuur dit naar regionaaltoezichtwmo@rotterdam.nl. Twijfel je of je een situatie moet melden? Leg de casus dan per e-mail voor of bel dan naar het algemene nummer van de GGD (010 – 433 99 66) om een terugbelverzoek voor de toezichthouders achter te laten.

Als bij het bieden van zorg of ondersteuning een calamiteit of een geweldsincident plaatsvindt, moet je dit als aanbieder op grond van de wet direct melden bij de toezichthouders Wmo. Daarnaast verwachten de toezichthouders dat je melding doet van suïcides en pogingen tot suïcide waarbij iemand zich heeft verwond.   

  1. Maak binnen 3 werkdagen een melding
  2. Een van de toezichthouders neemt contact op met je op en legt de te volgen procedure uit. Deze bestaat over het algemeen uit een zelfonderzoek van de aanbieder. Het doel is dat je zelf van de situatie leert en maatregelen neemt die bij jouw organisatie passen.
  3. De toezichthouders bekijken vervolgens het zelfonderzoek en of de kwaliteit van de zorg nog voldoende is, of je de aanleiding van het incident goed hebt onderzocht en of je verbetermaatregelen hebt ingezet die hierop aansluiten. De uitkomst kan zijn dat conclusies worden onderschreven, dat er nog aanvullende vragen zijn of dat de toezichthouder bepaalde maatregelen verwacht om te verbeteren.
  4. In uitzonderlijke gevallen kunnen de toezichthouders besluiten om het onderzoek over te nemen. Bijvoorbeeld als het zelfonderzoek niet voldoende is. Houd er rekening mee dat je als aanbieder alleen een melding bij Toezicht Wmo hoeft te doen wanneer de calamiteit, het geweldsincident of de (poging tot) suïcide betrekking heeft op een Wmo-cliënt of cliënten.

Wat wordt verstaan onder een calamiteit

  • Een onverwachte gebeurtenis
  • Deze gebeurtenis heeft ernstige schadelijke gevolgen voor een of meer betrokkenen
  • Het houdt verband met de kwaliteit van de geboden voorziening.

Wat wordt verstaan onder een geweldsincident

  • Er is sprake van lichamelijk, geestelijk of seksueel geweld (ontucht) of een combinatie daarvan
  • Het slachtoffer ontvangt zorg op grond van een Wmo-indicatie
  • De dader is een beroepskracht of een andere cliënt met wie het slachtoffer in de accommodatie van de aanbieder verblijft.

Het toezicht richt zich vooral op de vraag of de zorg voldoet aan de kwaliteitseisen. De toezichthouders doen op vier manieren onderzoek: structureel, proactief, preventief en reactief.

  • Voor structureel onderzoek gaan de toezichthouders bij aanbieders langs en vertellen zij aan welke regels de aanbieders moeten voldoen. Daar organiseren zij ook online bijeenkomsten voor, waarbij zij het gesprek aangaan, toelichting geven en vragen beantwoorden.
  • Preventief onderzoek doen de toezichthoudersop basis van signalen dat er mogelijk iets niet goed gaat bij een aanbieder. Denk daarbij aan een melding van gebrekkige hygiënemaatregelen in een beschermde woonvorm of signalen over de wijze van begeleiding van cliënten.
  • Reactief onderzoek gebeurt op basis van de wet. Daarin staat dat zorgaanbieders calamiteiten, geweldsincidenten en (poging tot) suïcide aan het Toezicht Wmo moeten melden.
  • Proactief onderzoek doen de toezichthouders in de vorm van themaonderzoeken in verschillende gemeentes. Een voorbeeld daarvan is de veiligheid bij nachtopvang.

De bevindingen van de toezichthouders Wmo worden vastgelegd in rapportages. Hierin staan eventueel ook aanbevelingen aan de zorgaanbieder of gemeente(n). Over het algemeen doen de toezichthouders eenmaal een heronderzoek. Het is daarna aan gemeenten en aanbieders om eventueel nader afspraken te maken over (resterende) verbeterpunten naar aanleiding van het toezicht.

In de regio Rotterdam-Rijnmond laten de volgende gemeenten het toezicht uitvoeren door de GGD Rotterdam-Rijnmond:

  • Albrandswaard
  • Barendrecht
  • Capelle aan den IJssel
  • Goeree-Overflakkee
  • Krimpen aan den IJssel
  • Maassluis
  • Nissewaard
  • Ridderkerk
  • Rotterdam
  • Schiedam
  • Vlaardingen
  • Voorne aan Zee

​​​​Daarnaast voert de GGD Rotterdam-Rijnmond het toezicht uit op de maatschappelijke opvang en beschermd wonen voor de gemeenten Hoeksche Waard en Lansingerland.

Openbaarmaking van rapporten

De toezichthouders maken rapporten openbaar op de website van de GGD. Het gaat vooral om rapporten die zijn opgemaakt vanwege het proactief toezicht en preventief toezicht.

De toezichthouders stellen de aanbieder altijd in de gelegenheid om te reageren op eventuele onjuistheden in het rapport (hoor en wederhoor) en een zienswijze te geven op de voorgenomen openbaarmaking. Deze procedure (inclusief termijnen) staat beschreven in het toezichtskader van het Toezicht Wmo.

De toezichthouders Wmo leggen jaarlijks via een werkplan hun verwachte activiteiten voor aan het Algemeen Bestuur van de GGD. Daarnaast leggen zij jaarlijks verantwoording af over hun activiteiten.

Jaarrapportage 2023 (MERGED.PDF 616.8K)
Werkplan 2024 (MERGED.PDF 1.2M)

Bent u op zoek naar documenten uit de periode 2017-2024? Deze vindt u hier.

Begin 2022 heeft het Toezicht Wmo van de GGD Rotterdam-Rijnmond een onderzoek gedaan naar hoofd- en onderaanneming in de Wmo. Uit dit onderzoek zijn niet veel knelpunten naar voren gekomen. In het algemeen kan gesteld worden dat gemeenten en gecontracteerde aanbieders deze constructie goed hebben belegd in contracten, beleidsregels en visiedocumenten, en dat ook in de praktijk het monitoren van de kwaliteit van ondersteuning goed verloopt.

In 2022 heeft het Toezicht Wmo onderzoek verricht naar ‘de veiligheid van Beschermd Wonen wanneer er geen sprake is van 24/7 fysieke aanwezigheid van de zorgaanbieder’. Dit onderzoek is zowel uitgevoerd bij (centrum)gemeenten als bij drie aanbieders. De uitkomst in de vorm van aandachtspunten voor aanbieders van Beschermd Wonen en (centrum)gemeenten zijn opgenomen in bijgaand rapport.

In 2022 heeft het Toezicht Wmo een analyse uitgevoerd op de ontvangen meldingen van calamiteiten van zorgaanbieders in de periode 2016-2021. De uitkomst van deze analyse is vastgelegd in bijgaand document. In 2023 zal het Toezicht Wmo nader met onder andere gemeenten en aanbieders spreken over de belangrijkste bevindingen met als doel nader van elkaar te leren.

Het Toezicht Wmo heeft in 2020 de veiligheid in de nachtopvang (maatschappelijke opvang) onderzocht bij 4 zorgaanbieders op 9 locaties in de regio Rotterdam-Rijnmond. In deze eindrapportage doet het Toezicht Wmo aanbevelingen aan de centrumgemeenten en zorgaanbieders om de kwaliteit van de opvang te verbeteren.

Het Toezicht Wmo heeft in 2021 toezicht uitgevoerd op 12 pgb-aanbieders in de regio in de vorm van een administratieve toets, gevolgd door een gesprek met de eindverantwoordelijke (en eventuele kwaliteitscoördinator) van de zorgondernemingen. In een aantal gevallen verwachtte het Toezicht Wmo een aantal verbeteringen. Bij deze aanbieders is een hertoets uitgevoerd. Een enkele aanbieder heeft gebruik gemaakt van de mogelijkheid om een inhoudelijke reactie (van max. 200 woorden) te geven op de onderzoeksrapportages.

De bevindingen en oordelen van de 12 onderzoeken zijn samengevat in een eindrapportage. Dit eindrapport behandelt tevens enkele rode draden en doet een aantal aanbevelingen voor de gemeenten in de regio.

Eindrapportage PGB (incl.uitkomst hertoets) (-UITKOMST-HERTOETS_2022-01-19_DEFINITIEF.PDF 5.6M)

Bij mensen met een licht verstandelijke beperking (LVB) komen bepaalde problemen vaker voor dan bij andere mensen: voortijdig schoolverlaten, langer afhankelijk zijn van een uitkering, schulden, verward gedrag, criminaliteit en een grotere kans op verslaving. Het niet herkennen van deze doelgroep kan ertoe leiden dat ze verder in de problemen kunnen komen en nog verder afglijden. In samenwerking met het Toezicht Sociaal Domein hebben de toezichthouders Wmo in Nissewaard onderzoek gedaan naar de kwaliteit van Wmo bij drie zorgaanbieders. Het eindrapport beschrijft de toegang bij de gemeente, de indicatiestelling en de ketensamenwerking in de begeleiding van deze doelgroep.

In de tweede helft van 2017 onderzochten de toezichthouders Wmo in Maassluis, Vlaardingen en Schiedam de kwaliteit van de overbruggingszorg aan GGZ-cliënten. Dit zijn mensen die door hun psychische of psychosociale problematiek een indicatie hebben gekregen voor Beschermd Wonen, maar tijdelijk ‘thuis’ overbruggingszorg krijgen. Bijvoorbeeld omdat er een wachtlijst is voor een plek in Beschermd Wonen of omdat zij nog tijdelijk extra aandacht nodig hebben na hun verblijf in Beschermd Wonen. Naast de rapporten over de vier aanbieders hebben de toezichthouders aanbevelingen gedaan aan de gemeenten en uitvoeringsorganisatie ROGplus.

De toezichthouders hebben bij acht pgb-aanbieders in Rotterdam de kwaliteit van ondersteuning getoetst aan de wettelijke eisen. De helft van de geboden pgb-ondersteuning bleek niet aan die eisen te voldoen. In de eindrapportage doet het toezicht Wmo aanbevelingen aan de gemeenten in de regio om de kwaliteit te verbeteren.